Voor het opstarten van een procedure voor de rechtbank, kan je altijd aan de rechter vragen om een gratis poging tot verzoening of minnelijke schikking te doen. De bedoeling is dat je een oplossing vindt met de persoon, de organisatie, het bedrijf... waar je een probleem mee hebt. Je kan bijvoorbeeld op deze manier een ruzie over huishuur met je huisbaas proberen op te lossen.
Dit gebeurt het meest bij de vrederechter. Daar kan je terecht voor volgende problemen:
- problemen rond huur
- consumentenkredieten
- huwelijksproblemen en alimentatie of onderhoudsgeld
- kleine financiële geschillen tot 5000 euro
Een verzoening kan je aanvragen met een brief aan de vrederechter. In die brief moeten je identiteitsgegevens staan, wat het probleem is en met wie je het probleem hebt, en dat je graag een poging tot verzoening wil doen. Je kan ook gewoon naar het vredegerecht gaan en daar op de griffie vragen om een verzoening. Zoek hier het adres van het vredegerecht in je buurt.
Ook bij andere rechters kan je voor een verzoening terecht voor de materie waarvoor ze bevoegd zijn (bijvoorbeeld de arbeidsrechter) of waar je zaak behandeld wordt.
De rechter zal beide partijen uitnodigen op de rechtbank. De rechter kan geen verzoening opleggen, hij kan enkel bemiddelen tussen de partijen. Wanneer je tot een akkoord komt, wordt het akkoord een proces-verbaal: dit document heeft dezelfde kracht als een vonnis van de rechtbank. Je zal je dus strikt aan dit proces-verbaal moeten houden, want als je dat niet doet, is een gedwongen uitvoering mogelijk.
Het grote nadeel van verzoening of minnelijke schikking is dat er geen verplichting is om erop in te gaan. Dit betekent dus dat wanneer je een poging tot verzoening wil doen met je schuldeiser, je verhuurder, je echtgenoot... ze niet verplicht zijn om naar de rechtbank te gaan. Als ze niet gaan, kunnen ze hiervoor niet gesanctioneerd worden. Het voordeel is dat deze bemiddeling wel volledig gratis is.