Beslag op roerende goederen

Bij beslag op roerende goederen kan je schuldeiser beslag leggen op je meubels, je auto, je TV... Ze kunnen dan verkocht worden en met de opbrengst van die verkoop kan dan de schuldeiser betaald worden. Beslag op roerende goederen is een dwangmaatregel die kan voorkomen bij een gerechtelijke invordering. Een gerechtsdeurwaarder zorgt voor de uitvoering van het beslag.

Voor een schuldeiser beslag kan leggen op je spullen moet hij een vonnis van de rechter hebben of een ander document met dezelfde kracht als een vonnis. Wanneer je weet dat een schuldeiser een gerechtelijke invordering opstart, kan je uiteraard proberen om afspraken te maken met je schuldeiser om je schulden terug te betalen. Zo kan je vermijden dat je spullen verkocht zullen worden. Je kan hiervoor uiteraard ook hulp zoeken.

Bepaalde zaken kunnen niet in beslag genomen worden door een gerechtsdeurwaarder. Zaken die je nodig hebt om normaal te kunnen leven, zoals een bed, tafel en stoelen, een koelkast... mag hij in principe niet in beslag nemen. Ook bijvoorbeeld boeken en schoolmateriaal van kinderen en maaltijcheques mogen niet in beslag genomen worden.

Wanneer een gerechtsdeurwaarder spullen in beslag neemt die hij eigenlijk niet in beslag mag nemen, moet je dit tijdens het beslag (of tot vijf dagen na het beslag) aan de gerechtsdeurwaarder melden. De gerechtsdeurwaarder moet een proces-verbaal opstellen van het beslag en daarin je bezwaren opnemen. Je kan dan best zo snel mogelijk een kopie van dat proces-verbaal indienen bij de beslagrechter. Hiervoor zoek je best juridische bijstand.  

Een gerechtsdeurwaarder mag ervan gaan uit dat alle spullen die hij op het domicilieadres van de schuldenaar aantreft, in beslag genomen mogen worden. Bij samenwoonst of een huwelijk kan de gerechtsdeurwaarder dus ook de spullen van de persoon met wie je samenwoont of met wie je bent gehuwd, in beslag nemen, ook al heeft die persoon niks met jouw schulden te maken. Om de spullen terug te krijgen moet er een 'revindicatie' gebeuren. Dit is een kostelijke procedure, die bovendien niet altijd kans heeft op slagen. Je zoekt hiervoor best juridische bijstand

--------------------

Zie artikel 1408 Gerechtelijk Wetboek voor de belangrijkste lijst van goederen die niet in beslag mogen worden genomen:

  Art. 1408.

  § 1. Behalve op zaken, niet vatbaar voor beslag verklaard door bijzondere wetten, mag ook geen beslag worden gelegd :

  1° op het nodige bed en beddegoed van de beslagene en van zijn gezin, de kleren en het linnengoed volstrekt noodzakelijk voor hun persoonlijk gebruik alsmede de meubelen nodig om deze op te bergen, een wasmachine en strijkijzer voor het onderhoud van het linnen, de toestellen die noodzakelijk zijn voor de verwarming van de gezinswoning, de tafel en de stoelen die voor de familie een gemeenschappelijke maaltijd mogelijk maken, alsook het vaatwerk en het huishoudgerei dat volstrekt noodzakelijk is voor het gezin, een meubel om het vaatwerk en het huishoudgerei op te bergen, een toestel om warme maaltijden te bereiden, een toestel om voedingsmiddelen te bewaren, één verlichtingstoestel per bewoonde kamer, de voorwerpen die noodzakelijk zijn voor de mindervalide gezinsleden, de voorwerpen die bestemd zijn om te worden gebruikt door de kinderen ten laste die onder hetzelfde dak wonen, de gezelschapsdieren, de voorwerpen en produkten die noodzakelijk zijn voor de lichaamsverzorging en voor het onderhoud van de vertrekken, het gereedschap dat nodig is voor het onderhoud van de tuin, een en ander met uitsluiting van de luxemeubelen en luxeartikelen;

  2° op de boeken en overige voorwerpen, nodig voor de voortzetting van studies of voor de beroepsopleiding van de beslagene of van de kinderen te zijnen laste die onder hetzelfde dak wonen;

  3° op de goederen die de beslagene volstrekt nodig heeft voor zijn beroep, tot een waarde van 2.500 EUR op het tijdstip van het beslag en naar keuze van de beslagene, behalve voor de betaling van de prijs van die goederen;

  4° op de voorwerpen die dienen voor de uitoefening van de eredienst;

  5° op de levensmiddelen en brandstof die de beslagene en zijn gezin voor een maand nodig hebben;

  6° een koe, of twaalf schapen of geiten, naar keuze van de beslagene, alsmede een varken en vierentwintig dieren van de hoenderhof, met het stro, voeder en graan, nodig voor het strooisel en de voeding van dat vee gedurende één maand.

Budgetplanner

Stel zelf je budget op met de Budgetplanner.